De zachte ondergang van de morele moed

Gepubliceerd op 14 oktober 2025 om 10:07

Er is iets aan het verschuiven in onze samenleving. Je voelt het in de toon van het nieuws, in het zwijgen op straat, in de manier waarop vele politici praten of beter gezegd, 'niet meer over praten'.
We zitten in een tijdperk waarin zachtheid een deugd is geworden, en duidelijkheid een gevaar.
Maar wat gebeurt er als een samenleving te zacht wordt om zichzelf te beschermen?

 

De omkering van morele moed

Er was ooit een tijd dat moreel zijn betekende: het durven benoemen van goed en kwaad.
Dat je kon zeggen: dit gedrag is fout, dit verdient een grens.
Niet uit haat, maar uit zorg voor de orde voor het grotere geheel.

Vandaag is moreel zijn iets anders geworden. Het betekent: niemand willen kwetsen.
Het betekent: alles begrijpen, alles verklaren, alles verzachten.

We verwarren vriendelijkheid met rechtvaardigheid.
We vergeten dat mededogen pas zinvol is als het hand in hand gaat met verantwoordelijkheid.
Een samenleving die alleen nog wil begrijpen, maar nooit meer durft te oordelen, verandert langzaam in een huis zonder        muren: open, maar ook weerloos.

En zo ontstaat een morele paradox.
Wie te lang weigert grenzen te stellen, krijgt uiteindelijk chaos en uit chaos komt juist het tegenovergestelde van wat men wilde: angst, verharding, wantrouwen.

 

We zijn nu op een punt waar: criminelen als slachtoffers worden gezien, slachtoffers worden vergeten, discipline wordt gezien als autoritair en gezag als iets achterdochtigs.

De maatschappij wil genezen in plaats van corrigeren.
Maar als je alleen nog geneest zonder te corrigeren, dan maak je het 'ziek zijn' aantrekkelijker dan het gezond blijven.

Dat is de tragiek van onze tijd:  we willen menselijk zijn maar we durven niet meer de menselijkheid te beschermen.


Toch is dit vast geen eindpunt, het is een cyclus. Elke samenleving slingert tussen orde en begrip.                                                         We zijn nu in het uiterste punt van begrip.
Maar als mensen genoeg verliezen, hun veiligheid, hun vertrouwen, hun stem dan komt er vanzelf een roep om helderheid.
Niet om hardheid, maar om consequentie.
Om leiders die durven zeggen:

“Begrip is mooi, maar grenzen zijn noodzakelijk.”

Je voelt die verschuiving al gisten. Burgers die zeggen: “genoeg is genoeg.” Niet omdat ze haten, maar omdat ze moe zijn van een wereld zonder richting.                                                                                                                             

 

Maar wie moet het doen?

De politieke klasse, de technocratie? Die niet want zij hebben belang bij vaagheid.
De verandering komt, zoals altijd, van onderaf.
Van mensen die durven te spreken. Van ouders, leraren, journalisten, burgers die niet langer bang zijn om als “hard” te worden gezien.

Een samenleving herstelt zich pas als gewone mensen weer durven zeggen wat ze zien, zonder schaamte, zonder vrees.


We moeten terug naar een evenwicht dat we ooit kenden:
Zachtheid met ruggengraat.
Empathie met oordeel.
Medemenselijkheid met grenzen.

Want het goed en het kwaad bestaan niet omdat wij ze benoemen, ze bestaan omdat wij ze voelen.
We weten intuïtief dat een kind dat mishandeld wordt, bescherming verdient.
Dat wie onschuldigen doodschiet, geen slachtoffer is.
Dat waarheid niet relatief mag worden omdat iemand zich gekwetst voelt.


De morele moed van vroeger was niet hardvochtig, ze was liefde met tanden.
En misschien is dat precies wat we vandaag de dag nodig hebben:
Niet meer begrip, maar de moed om te zeggen. 'Dit is goed en dat niet.'

Want als we dat niet meer durven, dan bepaalt straks iemand anders voor ons wat goed is.
En dan zijn we niet zacht maar verloren.

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.

Maak jouw eigen website met JouwWeb